2024-2025 Citaten / Citations / Quotes

Uit elke brief voor nu wordt een citaat gepubliceerd, met vermelding van de voornaam of aanspreking van de overledene.

Une citation est extraite de chaque lettre pour maintenant pour être publiée, avec la mention du prénom ou l'appellation du défunt.


From all our ‘letters for now’ we publish a quote, anonymously. We only state the dead person’s name or the name this person was known by.

Ergens kan ik er wel vrede mee nemen dat je bent heengegaan. Je zag te veel af, het was een ondraaglijk lijden.

Ook voor mij om je zo te zien. Ik heb alles met je meegevoeld. We waren te fel verstrengeld.

Treza, make, moeke,

Wat hebben we mekaar toch graag gezien.
Dank voor de liefde die je ons gaf.

In onze gedachten zal je altijd een zonnetje zijn.

(uit: brief aan liefste make)


Mis ik je? Ja! Elke dag, elk uur, elke minuut, elke seconde. 
Ik mis je te knuffelen, je te kussen, je te plagen en ook soms ruzie met je te maken. Ik mis je stem.

Ik mis erg om je levendige liefde voor mij te voelen.

Maar ik weet dat ze er is, nog steeds en voor altijd. Net zoals mijn liefde voor jou is. Dit is wat blijft,

alle mooie herinneringen en onze liefde voor elkaar, voor altijd voor ons.

(uit: brief aan Lydia, mijn liefde, liefde van mijn leven)


Als ik terugblik op het voorbije leven

is één ding mij sterk bijgebleven

wij trokken samen aan dezelfde koord

en bleven trouw aan ons gegeven woord

(uit: brief aan liefste moe)


... Al denk ik dat ik misschien wel altijd aan jou denk, sinds je er niet meer bent. 

Soms valt dat (te) zwaar, maar vaak vind ik het ook mooi, missen is ook gewoon liefde.

En met hoe vaak ik aan je denk en hoe hard ik je kan missen, is er wel heel veel liefde.

Ik hoop dat je dat voelt, waar je ook bent nu. 

(uit: brief aan nonkel)


Jij mooi mens, ik mis je.

Je bent gevlucht, maar nooit verdwenen.

(uit: brief aan Olivier maatje)


Ik weet eigenlijk niet hoe ik me moet voelen over jou.

Je hebt een belangrijke rol in mijn leven gespeeld en ik denk niet dat ik ooit ga weten hoe ik je moet zien, maar ik vind het jammer dat ik je op deze manier moet verliezen.

(uit: brief aan opa)


Sinds de dag dat ik jou verloor, zie ik dagelijks een roodborstje. Het kleine vogeltje duikt overal op. Met zijn helderrode borst en rustige blik lijkt het haast een boodschap te brengen. Elke keer dat ik het zie, brengt het een moment van stilte en een herinnering aan jou.

(uit: brief aan lieve broer)


Ik ken jou niet, ook omgekeerd is dat het geval, en dat vind ik heel jammer want ik denk dat wij het zeer goed zouden vinden met elkaar.

Ik heb weinig verdriet om jouw afwezigheid, wel een groot gemis naar hoe het zou zijn als je er wel nog was.

Jouw afwezigheid in ons leven, wordt regelmatig besproken, gelukkig maar want zo leer ik je kennen.

Ik denk vaak aan jou, ik spreek tot jou en ik geloof dat jij diegene bent die in al mijn dringendheid ervoor zorgt dat ieder kruispunt groen licht geeft.

(uit: brief aan opa, opa Ghislain of Ghislenus Eduardus Meerman)


Ik voel nog steeds je hand in die van mij. Je hand die stilaan wegebde wanneer alles voorbij was.
... met jouw hand in de mijne ben je weg gegaan. ... geen hand in de mijne, geen afscheid genomen.

Drie mensen waar ik heel veel van hou. Ze zijn er niet meer. Weg voor altijd.

Na vier jaar donkerte komt er hier en daar een lichtje piepen die mij doet zien dat het leven toch nog de moeite waard is. 

(uit: brief aan pa, ma, mijn grote broer)


Ik ben blij want jullie hebben een mooie dag voor ons gemaakt.

(uit: brief aan grote meet, grote peet en groot nonkel)


Ontzag, bewondering, respect, gracieus, intelligent, vastberaden, liefdevol, eerlijk... het is maar een greep uit alle naamwoorden die ik met jou zal blijven associëren, nu en voor altijd. 
Maar wat jij voor mij bent, en altijd zal blijven, is mijn geliefde en begripvolle oma. 

Jij zal altijd een voorbeeld zijn voor mij, alsook een streefdoel en ik hoop uit het diepste van mijn hart dat ik jou op een dag trots kan maken en dat ik de man zal worden die jij altijd in mij hebt gezien...

(uit: brief aan liefste mama Git)


Er is gemis aan emotie vanwege onwetendheid. Een ontmoeting had voor mij en vader veel duidelijkheid gebracht over jullie levensvisie, verhalen en anekdotes. We leren pas echt iemand kennen als we weten van waar hij komt. Het ontbreken van een diepgaande emotionele band hoef ik dus niet ver te zoeken.

We zijn er voor elkaar in slechte en goede tijden.

(uit: brief aan beste grootouders)


... Maar ik hou me sterk, blik vooruit, relativeer alles met een grapje of een onnozel dansje nu en dan. Op dat vlak lijk ik goed op jou. Een eeuwige grappenmaker met een scherpe mening nu en dan, maar vooral 'ne gemakkelijke mens' zoals ze zeggen. Daarvoor wil ik je nog bedanken.

Voor alle keren dat mijn broer en ik bij jullie terecht konden na school, voor alles wat je ooit voor ons deed. 

(uit: brief aan opa)


Toen je in je bed naar onze familiefoto keek, begon je te wenen, nooit heb ik je zo gezien.

Dit deed me pijn en ik kon mijn tranen bijna niet wegsteken voor jou.

Je wist maar al te goed wat er je te wachten stond en wat er ging gebeuren.

't leven gaat verder, maar liefst samen, met jou erbij, spijtig, 't zal nooit meer hetzelfde zijn.

We zijn trots op jou, bedankt voor wat je voor ons hebt gedaan en hebt betekend.

(uit: brief aan maatje, memeetje)


Je hebt altijd goed voor me gezorgd dat weet ik. Je stond altijd klaar voor me.
Zelfs nu nog voel ik je aanwezigheid en de steun die je me geeft om een beter mens te worden.
Ik weet ook nog goed dat je mijn naam nog wist en die nog één keer hebt uitgesproken. 
Ik mis je, lieve meme. 

(uit: brief aan lieve meme)


Samen met jouw zoon, mijn papa, zijn jullie mijn boegbeelden van karakter, doorzetting en je eigen plan leren trekken.
Jullie zijn mijn inspiratie om dit later op mijn beurt aan anderen door te geven.

(brief aan opa)


Ik mis je nog steeds elke dag, het gaat al beter maar toch ben ik je nog niet vergeten.

Ik voel je steun ook nog steeds bij moeilijke momenten.

Je warmte en liefde. 

Bedankt om mijn beschermengel te zijn en me telkens de kracht te geven om door te gaan!

(uit: brief aan lieve Timo)


Herinneringen zullen ons altijd verbinden.

(uit: brief aan lieve oma)


Afscheid nemen, knuffelen en dan 24 uren bij jou blijven terwijl je sliep tot je hart stil viel, net als een deel van het mijne toen. Nu moest ik verder zonder jou.

Ik draag jou met me mee overal waar ik ben. Dank je, dat ik je vrouw mocht zijn. Mijn liefje je was mijn alles, mijn rots, mijn ware liefde voor altijd met jou verbonden, voor altijd mijn man.

(uit: brief aan liefke) 


Ik mis je op vele momenten.
Maar ik wil je geruststellen, ik ben mijn papa niet verloren. Daarvoor gaf je mij te veel. Wat je zei, blijf ik horen.

Om mij hoef je je geen zorgen te maken. Je weet hoe ik ben, een doorzetter en positief ingesteld, net zoals jij. 
Van wat ik ben, ben jij tenslotte een deel. Ik kom je overal tegen.

Ik neem je mee, mijn hele leven. Loslaten is geen optie. Ik zou niet weten hoe en dat wil ik ook niet. Misschien ben je wel mijn beschermengel, mijn redder in nood, al kan ik je niet meer zien.

(uit: brief aan lieve papa)


Niet alleen verloor ik vroeg een vader, ik verloor een mogelijke toekomst. Ik verloor hoop.
Ik verloor volledig bestaansrecht. Ik verloor een strijd om erkenning. Ik verloor mijn verleden en heden, een identiteit die ik nooit meer zal vinden.

Papa, ik heb je verloren.

Ik ben je dochter -

misschien -

is dat mijn verhaal.
Ik ben jouw dochter.

(uit: brief aan vader)


Ik kan me haar verdriet en rouw niet voorstellen, elke dag opnieuw. Ik hoop via deze weg een mooie boodschap aan haar te geven. Zodat ze een glimlach krijgt en weet dat ik aan haar denk.

(uit: brief aan liefste meme, lieve nonkel Chris in de hemel of in het land der herinneringen)


Jij begrijpt me als kind. Je had altijd een luisterend oor. Je had de gave om met kinderen om te gaan. Je stond voor iedereen klaar. Je was een tante uit de duizend.

(uit: brief aan tante José)


Geef me de kracht en het inzicht om een weg te vinden tot herstel van de relatie met mijn kinderen.

Dat is het enige wat ik vraag. Je wou toch dat alles goed ging met ons.

(uit: brief aan lieve Yvette)


Ach wat mis ik je, mijn wolkenhoofdmeisje, en zo ik al worstel met de vraag: waarom? dan is het wel de vraag: waarom dan toch nog... Maar wat een enorm respect ook, voor de manier waarop je vastberaden vertrok naar de plaats waar je wilde zijn, naar rust in je hoofd.

Je bent voor mij nu de wolken, de bomen, de vogeltjes en de bloemen, de zon en de regen, de geuren en de kleuren, maar vooral een gloed in mijn hart. Ik zie je graag en ben dankbaar voor wat je ons gegeven en geleerd hebt.

(uit: brief aan lief wolkjeshoofdje)


Het verdriet kan ik niet uitdrukken, het is alsof je nog bestaat, je bent een deel van mij.
Je bent hier, overal, altijd. Ik mis je. Ik had je met veel meer liefde, geduld en begrip moeten aanvoelen en reageren. Ik zou er alles voor geven, voor 1 minuut met jou, om je te zeggen dat het me spijt.

(uit: brief aan Brecht, Brechtje voor de mama)


Ik mis je spontane bezoekjes en telefoontjes, om even bij te praten over het leven. Ons leven gaat verder en ik had nog zoveel willen delen. Ik vind troost in onze laatste gesprekken, momenten en afscheid.

(uit: brief aan lieve papa)


'k Koester d'herinnering aan jou, vief en groot

- Dat tijd de wonden heelt, is 'n enorm cliché

je berust, maar neemt 't immens verlies steeds mee - 

Lieve schat, liefde is veel sterker dan de dood.

(uit: brief aan Cécile)


Juli 1989. Hé mama, ik herinner mij levendig de tamme duiven op het San Marco plein, die uit onze handen graankorrels kwamen pikken. De dobberende gondels, de kabbelende golfjes, de krijsende meeuwen op de meerpalen...

een lichte bries streelde jouw Venitiaans blonde haren. Hand in hand slenterden wij door de smalle straatjes, over pittoreske bruggetjes naar gezellige pleintjes. Op een terrasje likten wij aan een overheerlijke 'gelato al limone'. 

In een van de talrijke kerken mocht ik een kaarsje aansteken. 'Om tegenspoed te bannen', verklaarde jij.

Uit een openstaand raam waaide een flard jaargetijde van Antonio Vivaldi. Ik was een kind van 7 jaar, blij en vrolijk en in volle bewondering voor het prachtige, magische Venetië.

Straks zal ik daar voor jou een kaarsje laten branden.

(uit: brief aan lieve mama)


Voor haar als jonge vrouw zal ze altijd een stukje van het verdriet alleen moeten dragen, omdat het onmogelijk is om als buitenstaander te begrijpen hoe ze zich voelt.

Ze mist niet iemand die er niet meer is, maar iemand die nog moest komen. Ze heeft haar kindje wel gevoeld, maar niet gekend.

(uit: brief aan jou)


Ik was je enig kind en wij waren twee handen op één buik. Wij konden samen heel goed praten, zelfs zonder woorden.

(uit: brief aan Va)


Een lach, een traan, 

heeft het gedaan.
Veel liefs en leed,

is wat er toe deed.

(uit: brief aan Marina)


Hopelijk heb je nu tijd om je boeken te lezen, zonder pijn, zonder ongemakken. Je had er nog meer dan 200 in je huis liggen en papa wil me niet geloven dat er nog op zolder zullen liggen.

Zeg maar tegen mama dat jij je boek gaat lezen en dat we elkaar wel snel gaan zien. Nog even geduld. Ooit kom ik alle verhalen zelf vertellen.

(uit: brief aan allerliefste pepe Theo)


Groot blijdschap is omgeslagen in oneindig verdriet.

Wat zullen we jou missen. Maar weet dat we jouw aanwezigheid steeds diep in ons hart zullen voelen. Je blijft dichtbij.

(uit: brief aan lieve pasgeboren kleinzoon Floris)


De laatste jaren denk ik nog meer aan jou. Je was altijd mijn grote voorbeeld. Je volgde je pad met kaarsrechte rug.

Al van in mijn jeugd voelde ik een verbinding tussen ons.

Mijn grote kracht was om nooit te buigen en te blijven zoeken naar positieve momenten. Nu ben ik op een punt gekomen dat ik voor mezelf gekozen heb. Het werd me nogmaals heel duidelijk hoe jouw persoonlijkheid me door deze zware jaren geloodst heeft.

(uit: brief aan pépé)


Thomas, ik ben zo dankbaar voor de 12 jaar dat je bij mij was, dat ik je heel erg mooie, persoonlijke en bewuste energie mocht leren kennen, je hebt me zoveel geleerd en ik ben een beter persoon geworden dankzij jou. Ik ben nu wie ik ben dankzij jou. Bedankt voor al het moois en alle intense vriendschap en liefde.

Ik wens je nog een mooie laatste reis toe, het ga je goed.

(uit: brief aan liefste Thomas)


Het overlijden van geliefden is nooit te vergeten!

Ik gedenk ze alle dagen en ze beschermen mij nog steeds, ik die ze nog altijd in mijn hart en geest draag, tot ook ik zal overlijden.

(uit: brief aan jullie)


Het had niet veel gescheeld, slechts 1 dag later dan de dag waarop je ons verliet op 17 oktober 2020, kwam ze afgelopen vrijdag op de wereld. Twee data vlak naast elkaar, als opa en achterkleinkind, hand in hand.

(uit: brief aan opa)


We missen je bij alle leuke dingen die ik nu stilaan weer opneem in mijn leven.

Tot eens... later...

(uit: brief aan Marc)


We houden ons sterk. Al zijn er ook dagen dat ik je extra hard mis.

Ik mis je zo... Ik zal met veel trots over jou vertellen aan hem.

De zomer is wel voorbij, maar elke keer ik een vlinder zie, dan voel ik je dichtbij, want je zei altijd dat als jij kind was, er zoveel meer vlinders waren.

(uit: brief aan oma)


Ik vergeef je dat je voor mij meestal of nooit een echte 'lieve' vader kon zijn. Je hebt zelf geen liefde gehad.

Pappa, ik ben je dankbaar. Ontzettend dankbaar dat je zo je best gedaan hebt voor ons. Zodat we alles hadden wat jijzelf nooit had. Je hebt ons nooit verlaten. 

(uit: brief aan beste pappa)


Ik wou dat ik er meer geweest was voor u. Ik besef dat ik, en ook niemand anders, je dood had kunnen voorkomen. Maar ik zou zo graag terug in de tijd keren en je een warme knuffel geven. Zelfs zonder iets te zeggen, gewoon dat je wist dat ik er was.

Ik droom soms van je. Je kwam de trap op en ik kon mijn ogen niet geloven. Ik riep Kris om mee te kijken en je kwam naar ons met de grootste lach die ik ooit al had gezien van je. Ik weet niet meer wat je zei, en ik weet niet hoe ik het moet interpreteren, maar ik voelde je lach. Misschien was die lach je eigen bevrijding.

(uit: brief aan liefste Peter)


Ik kan nu weer over jou praten, papa, zonder meteen te huilen. Ik hoop dat je trots bent op mij en het parcours dat ik tot nu toe heb afgelegd. Alhoewel ik niet geloof in 'de hemel' denk ik toch dat je ergens meekijkt en ziet dat het goed gaat met mama, liv en mij. Je bent voor mij een soort 'engelbewaarder', papa, die me helpt en steunt in alles wat ik doe...

Ik zie je graag papa, ook al was ons leven samen heel kort...
(uit: brief aan papa, Etienne)


Alleen achterblijven...
Dat gevoel heb ik al een tijdje.

Maar ik leef samen met hen in mijn hart.

(uit: brief aan mama, papa, grote broer)


Een paar jaar geleden liep ik door Edinburgh en doedelzakmuziek in de straat overviel me als een vriendelijk gebaar en zomaar, ineens huilde ik, midden op straat. Tussen al die mensen die jou niet kennen.
(uit: brief aan mijn oudste broer)


Nu ben ik vooral bezig met mooie herinneringen te verzamelen uit de tijd voor je ziek werd. Hiervoor moet ik 7 jaar teruggaan. Maar er zijn er. Volop. We hebben het goed gehad. Als echte soulmates gingen we alles aan.

Dankjewel lieve Tejo, voor al deze boeiende en mooie jaren. Ze hebben een volwaardige vrouw van me gemaakt.

(uit: brief aan lieve Té)


Ik denk dat ik je nooit heb losgelaten, dat ging niet... jou loslaten zou ik niet overleven. Het idee dat wij elkaar niet gaan terugzien, is ondraaglijk. Dus heb ik besloten dat wij elkaar terugzien. Op momenten dat ik aan jou denk, verlang ik daar naar.

(uit: brief aan mijn allerliefste Anaïs)


Dit is mijn laatste nieuwjaarsbrief.
Ik hou van je met heel mijn hart.

Ik wou toch nog mijn laatste nieuwjaarsbrief aan hem schrijven en misschien heeft hij hem ook gezien toen ik het schreef, ook al lees ik het niet voor hem voor.

(uit: brief aan liefste peter)


27 september 2016 zullen we nooit vergeten. 
We blijven aan jou denken, en zien je steeds in de wolken.
Vanop je wolkje kijk je naar je tweelingzus en kleine broer.

We missen je dappere vechter!

(uit: brief aan liefste Lowie)


Je bent ons prinsesje, het mooie meisje met die intens blauwe ogen, het prachtige gezichtje, waar iedereen voor smelt.
Als wij met jou speelden, dan was je dolgelukkig! Je ogen straalden... en wij liepen over van liefde voor jou.
(uit: brief aan liefste Rosie)


Ik wenste dat de hemel een brievenbus had, dan had je van mij een verjaardagskaartje gehad.
Ik zoek jou in de kleinste dingen en zo blijf ik je herinneren.
(uit: brief aan liefste Beirke)


Sorry lieve schat dat ik er niet meer voor je kon zijn. Al hoop ik nu, ook omdat ik verder moet zonder jou, dat ik genoeg was. Of goed genoeg. En dat je het op de één of andere manier wel begreep.
Je was zo moedig liefje. Ik hoop dat je dat weet. Ik ben zo trots op jou.

Het is pas wanneer je je laatste zucht maakte dat ik begon te voelen denk ik. Nu als ik aan die periode terug denk, voel ik hoe onmogelijk pijnlijk het was. En hoe onmogelijk het is om dit te dragen.

je blijkt blijkbaar onbewust mijn muze. En dat lieve Manon, is zo bijzonder. Het is eigenlijk het enige dat me nog oplaad en energie geeft.


Ze leefde niet lang maar gelukkig.

(uit: brief aan lieve Manon)


Je bent geboren en gestorven op een heldere winterdag met stralende zon.
Ik heb nog altijd veel verdriet, maar krijg een lach op mijn snoet als iemand over je praat, als de zon schijnt.

Elk groot moment van je grote broer en zus, of eigenlijk je kleine broer en zus, mis ik je. vraag ik me af hoe het bij jou zou zijn...
(uit: brief aan lieve Lennart)


Als jij er was dan klaarde de hemel steeds een beetje uit. 
Ik wens je blauwe hemels toe, gevuld met vogels van alle kleuren en alle maten.
Je was zo vol bewondering voor de vliegkunsten van roofvogels.
Ik wens dat je nu ook kan vliegen, net zoals de vogels.
(uit: brief aan Philippe, mijn schattebroer)


Ik lag altijd op je buik, het was net een kussen.
Je stak me in bed en je gaf me een kus en een knuffel en ik kon goed slapen.

(uit: brief aan liefste opa)


Het doet pijn om afscheid te nemen. Maar ik heb een plaatsje gereserveerd in mijn hart.

Dat plaatsje is nu van jou.

(uit: brief aan Dario)


Jij ging stil van ons weg, eenzaam en zonder gerucht.
Jij ging een ander licht tegemoet,

vriendelijk en veilig om bij te schuilen.
Mag dat licht jou groeten en omarmen, een schuilplaats voor je zijn.

(uit: brief aan Dario)


Veel te jong heengegaan, maar hopelijk vind je de rust die je zocht.

(uit: brief aan Dario)


Ons laatste gesprek zal ik nooit vergeten. 

Wat ga ik onze fijne babbels missen.

(uit: brief aan Dario)


Bedankt voor alle mooie momenten, de fijne babbels, je openheid, je kwetsbaar op te stellen...
Bedankt voor al die keren dat je mij geholpen hebt, gesteund, getroost.
Ik hoop dat je de rust gevonden hebt die je zocht want dat verdien je!

(uit: brief aan Dario)


Geen woorden kunnen beschrijven hoe hard ik je mis.
Maar ik begrijp je keuze ook wel... Voor mij blijf je voor altijd voortbestaan in mijn hart en gedachten.
(uit: brief aan Dario)


Soms gebeuren er dingen die we niet kunnen begrijpen.

Het doet pijn dat jouw verhaal zo moest eindigen, want je verdiende zoveel meer.

(uit: brief aan liefste Dario)


Blij dat ik je mocht leren kennen.
Je was heel speciaal, zo lief en steeds met goede raad klaar.

Ik ga je nooit vergeten.

(uit: brief aan Dario)


Ik had het je zo gegund om eens door de blik van een ander naar jezelf te kunnen kijken.
Want het lijkt dat je zelf niet kon voelen wat je voor anderen betekende. Dat je je eigen schone kanten niet kon zien.

Ik voel me moe en zwaar, log, pijn, opgejaagd, bang om hier te veel bij stil te staan: spijt om jou los te moeten laten, maar je zwaarte nog te dragen, zonder de hoop om het te verlichten. 

(uit: brief aan Dario)


Ik geloof dat er een mogelijkheid is om te helen, om een nieuw pad in te slaan dat niet alleen draait om overleven, maar ook om werkelijk leven.

De littekens van het verleden kunnen niet uitgewist worden, maar ik hoop dat ik een manier kan vinden om vrede te sluiten met mijn verleden en een toekomst te omarmen vol hoop en mogelijkheden.

(uit: brief aan jou)


Dat afscheid van jou, van 'ons', valt me nog steeds elke dag erg zwaar; en dat zal het ook nog een lange tijd blijven doen.

Dat net jouw afwezigheid me bijgelovig of zelfs meer gelovig maakt, daar probeer ik houvast in te vinden en schoonheid in te zien.

Nu ik me verlies

in alle trage zinnen

die je zei,

voel ik me door je handen

zoals steeds gedragen

om te leren leven zonder 'wij'.

(uit: brief aan peter, liefste peter Noël)


Hoe kan men niet spreken, hoe kan men niet zien,

Achter gesloten, verzwegen deuren.

Diep kwetsende daden die geen zorgzame kent.

Een tijdperk van stomheid, een kreet nimmer gehoord.

Misschien is het laat, misschien is het klein,

Maar erkenning kan nog altijd iets waardigs zijn.

(uit: brief aan jou)


I find you missing, from all the places I needed you most. And I weep, always inside. And like my childhood that could have been, the tears slip through my fingers, and I have no say, no hope of making them stay.
These days, mostly, I wonder if it is not I, that am the imaginary friend. My life a lie, my body not my own.
The life I lived through you was far more real than anything else has ever been. 

I wish I never met you.
I wish I hadn't let you go.

(uit: brief aan dear Daniel)


Geen beperktheid meer, alleen open en zonnige weiden om in rond te dansen.
Het lijkt wel of ik mezelf dwing om vooruit te kijken, terwijl het gevoel dat jij er niet meer bent, altijd blijft.
Het voelt alsof ik met een voet in gisteren sta, waar jij er nog was en met de andere voet in morgen, zonder jou.

(uit: brief aan Tijs, onze allerliefste broer)


Papa, ik zal altijd koesteren wat je me in dat laatste gesprek hebt meegeven. 
Ik heb je zo lang moeten missen. Jaren gingen voorbij waarin ik je afwezigheid elke dag voelde.
Maar toen vond ik je terug. Het was alsof we verloren tijd konden inhalen, alsof we weer dichterbij elkaar konden komen, ondanks alles wat er was gebeurd.

Ik zal je altijd missen. Maar ik ben dankbaar voor de tijd die we hebben gehad, voor de kans om weer even dicht bij je te zijn.

(uit: brief aan lieve papa)


Hoe alles mis kan lopen door een ingrijpend gebeuren, door de algehele sfeer van misbruik. Hij wordt betast, in zijn diepste eigenheid niet gerespecteerd. Dit misbruik heeft zich in zijn eigen ziel verankerd.
Spijtig dat ik u niet persoonlijk kan spreken, maar ik denk dat u me kan volgen vanuit een ander leven.

Bij de confrontatie na uw dood, met de essentie van uw geloof en de levensoptie die u had gekozen, zal u wellicht door elkaar geschud zijn.

Naast de opstandigheid is er eveneens een vraag naar erkenning: weet u wat u heeft aangericht?

Bent u zich daar terdege van bewust?

Indien ja, en indien je vergeving vraagt, wil ik me aansluiten bij Zijn Barmhartigheid, of ik daar helemaal toe in staat ben, weet ik niet.

(uit: brief aan broeder leraar)


Afscheid nemen doet zo'n pijn als je iemand lief hebt. 
Het besef dat je er niet meer was kwam bij mezelf pas later.

Er was niemand die de leegte kon opvullen die je achter liet.
De gedachte er alleen voor te staan, zonder de steun, de aandacht en je raad begon op me te wegen.

Zelf hadden we niet zoveel woorden nodig om elkaar te begrijpen, we waren 2 handen op één buik.

(uit: brief aan papa, m'n beste vriend)


Wat ik wel zeker weet is dat jij een fantastische mama was. Al heb ik daar veel te weinig herinneringen aan?

Ik voel & weet het wel.

Dankjewel Moeke, voor die grote liefde, de geborgenheid, een warme start, een goed begin.

Ik wil jou bedanken voor de liefde, om het moederschap zo goed te doen.

Om ons te tonen hoe het moet. Hoe we lief moeten hebben en mooie mensen kunnen worden.

(uit: brief aan allerliefste Moeketje)


Dankbaarheid en spijt dolen in mij rond... zo weinig uitgesproken naar jou.
Dank... voor herinneringen

Hoe ik als ongeveer 8 jarige enkel met jou op de kermis was... je zou alles gedaan hebben om die ene Garfield voor mij uit de grijpmachine te halen!

Spijt...

Omdat ik je niet heb laten voelen dat ik je graag zag. Ik lag in die periode erg in de knoop met mezelf.

Dankbaar...

Dat je mijn papa bent/was.

(uit: brief aan lieve papa)


Je vurigste wens was thuis te sterven, die heb ik kunnen verwezenlijken zodat je mij in alle rust hebt kunnen verlaten.
Je hebt gevochten tot de laatste snik. Net geen 70 jaar en net geen 50 jaar gehuwd.
Sisken, waar je ook bent, het gaat je goed. Hopelijk tot weerziens

(uit: brief aan Bieken)


Ik heb er vrede mee dat ik ben geadopteerd. Ik heb een mooi leven.
Toch neemt het niet weg dat er diep in mij soms het verlangen was om mijn biologische moeder te kennen.
Het is misschien raar, maar ik heb altijd geweten dat mijn biologische moeder mij graag zag en dat ik gewenst was, maar de omstandigheden hebben ervoor gezorgd dat zij mij moest afstaan...
Nu waakt ze als een beschermengel over mij. Dit is toch hoe ik het ervaar...
(uit: brief aan mijn moeder)


Ik mis je hier bij mij. Ik vind mijn weg niet. Ik heb je nodig!

Ik kan dit huis niet achterlaten, alles wat ik hier heb van herinneringen met jou.

Ik ben op en ik kan niet meer.

Ik loop verloren.

Ik zal je nooit meer zo hard bij mij voelen als nu. Ik wil niet verder en ik wil hier vooral niet weg.
De tranen blijven maar uit mijn ogen stromen, ik kan ze niet meer tegenhouden.

Lisa, ik mis je zo hard.

(uit: brief aan liefste zus)


Ik heb niet altijd begrepen wat de kracht van jouw stilte en zwijgen wilde zeggen. Ik leerde het niet langer als een tekortkoming te zien, maar als een opportuniteit en een uitnodiging om de ogen inwaarts te keren en antwoorden te zoeken in mezelf in plaats van bij de ander.
Erik gaf opnieuw vertrouwen aan de gebroken delen in mezelf, al is het een weg geweest die ik zelf vooral diende af te leggen. Ik ben dankbaar dat jij in mijn leven kwam en ik in dat van jou kon zijn.
Tot altijd.
(uit: brief aan Erik)


Ik moet nu mijn weg terug vinden, het gemis is groot, ik wil jullie bedanken voor alles!

Ik laat jullie niet los, ik neem jullie op een andere manier vast.

(uit: brief aan liefste mama en papa)